Gebitsslijtage, wat is het en wat kan uw tandarts er aan doen?

Geplaatst op

Gebitsslijtage ontstaat door het verlies van tandweefsel dit kan allerlei verschillende oorzaken hebben. Cariës valt hier niet onder. Gebitsslijtage komt helaas bij iedereen voor en is in de loop van tijd waarneembaar, dit wordt fysiologische slijtage genoemd. Echter verloopt bij sommige mensen de slijtage sneller dan normaal, dit wordt pathologische slijtage genoemd. Het gebit wordt dan steeds korter. Op deze manier wordt de esthetiek en de functie van het gebit op een negatieve manier beïnvloed. Door de slijtage kan gevoeligheid ontstaan, dit komt door het ontbreken van de beschermende glazuurlaag op de afgesleten elementen. Bij gevorderde gebitsslijtage kan er zelfs kiespijn ontstaan door het ontsteken of afsterven van de zenuw in de holte van de kies.

Hoe ontstaat gebitsslijtage?

Het gebit kan op verschillende manieren slijten. Vaak gebeurt dit door wrijving, door tandenknarsen bijvoorbeeld. Daarnaast kan slijtage ontstaan door het kauwen op harde voorwerpen (attritie of abrasie) of doordat zuur het glazuur aantast.

De diagnose:

Het onderzoek naar de slijtage van het gebit begint met een aantal vragen over de mogelijke oorzaken en de eventuele uiterlijke, praktische en/of pijnklachten. Uw tandarts inspecteert hierna het aangezicht, de mondholte en het gebit. Uw tandarts maakt en analyseert zorgvuldig de gebitsmodellen en de kleurenfoto’s, indien nodig zal uw tandarts röntgenfoto’s maken. Dit doet uw tandarts om de staat en de functie van uw gebit goed vast te kunnen stellen. Aan de hand van dit onderzoek legt de tandarts de mate van slijtage vast. Daarnaast stelt de tandarts de risico’s, de oorzaak en het behandelplan vast.

Behandeling:

Bij beperkt verlies van het weefsel, helpt uw tandarts u om verdere slijtage te voorkomen. Uw tandarts geeft in dit geval informatie over alle factoren die de slijtage kunnen veroorzaken en over de mogelijke risico’s voor de toekomst. Daarnaast krijgt u in dit geval adviezen over het voorkomen van slijtage aan het gebit en slechte poetsgewoontes. Het verloren tandweefsel kan worden aangevuld met restauratiemateriaal, ook kan er een beschermplaatje gemaakt worden. Uiteraard houdt de tandarts de vorderingen van slijtage aan uw gebit goed in de gaten.

Bij verder gevorderde gebitsslijtage staat het herstel van de verschillende versleten elementen centraal. Uw tandarts zal zijn behandelkeuze baseren op de aard, de hoeveelheid en het verloop van de slijtage, daarnaast ook de gevolgen voor uw gebit. De versleten elementen kunnen worden aangevuld met tandkleurig materiaal. Dit materiaal wordt direct in de mond aangebracht. Daarnaast kan het weefselverlies indirect worden hersteld, dit zal gebeuren in samenwerking met een tandtechnicus. In geval van slijtage door wrijving wordt na de behandeling, een beschermplaat gemaakt. Deze hoeft in veel gevallen alleen ’s nachts gedragen te worden.

Wilt u meer weten over gebitsslijtage? Stel dan uw vragen aan de deskundige tandartsen van Tandheelkundig Centrum de Leyens via www.thcdeleyens.nl/contact.